Afgelopen weekend kwamen mijn schoonbroer en zijn vriendin al onze babyspullen ophalen voor het kindje dat zij binnenkort verwachten (jawel, ik word voor het eerst tante, jeej!).
Hoewel ik af en toe al wat babygerief had weggedaan stond er hier toch nog echt wel héél veel en het was superhandig dat we dit nu allemaal in één keer konden wegdoen.

Toen de spullen beneden in onze gang verzameld waren om aan hen mee te geven begon ik toch een beetje een raar gevoel te krijgen. Dit was het dan. Voor echt. Het definitieve einde van het babytijdperk. Er zal hier nooit geen klein baby’tje meer in huis komen (tenzij op bezoek).

Aan de ene kant voelde ik opluchting, de fase werd afgesloten en ik had weer superveel ruimte op zolder. Aan de andere kant voelde ik verwarring. Hoewel ik altijd al 99,99% zeker was van het feit dat ik geen derde kind wou begon ik toch plots te denken: is dit wat ik écht wil? Ben ik echt 100% zeker?

Dus toen begon ik door babyfoto’s te scrollen en filmpjes te bekijken van de eerste levensjaren van onze zonen. Ik zag de meest schattige taferelen en genoot ervan om het terug te zien. Tegelijkertijd besefte ik ook dat ik nu op dit moment meer kan genieten van die filmpjes dan destijds toen ik het ‘live’ mocht meemaken. Toen was ik vooral moe. Heel moe. Ruim vier jaar van onderbroken nachten is zo slopend geweest. De helft van de tijd was ik een zombie.

Wil ik dat nog eens meemaken? Neen dat wil ik niet meer.

En dus moet ik het maar doen met de herinneringen aan ons babytijdperk en vooruitkijken naar wat nog mag komen. Een volgend hoofdstuk met twee kinderen die dit jaar 5 en 7 jaar zullen worden. Twee kinderen die weer veel zullen leren, nieuwe dingen zullen ontdekken en mij hopelijk veel slaap zullen gunnen. Een leven met ons vier. We zijn compleet.

Denk ik …